De grote rugspier (latissimus-dorsispier) is een platte spier, die zich uitstrekt over ongeveer de helft van de oppervlakte van de rug. Deze spier kan gebruikt worden om een stuk huid van de rug te transplanteren naar de borst. De techniek is dan ook geschikt voor vrouwen waarbij de huidkwaliteit na de borstamputatie niet voldoet voor reconstructie met een expander. De spier kan bovendien gebruikt worden om een betere bedekking van het borstimplantaat te bekomen. Er dient te worden opgemerkt dat huid en spieren van de rug nooit voldoende volume hebben om een borst te maken en dat er toch steeds gebruik moet gemaakt worden van een borstimplantaat. Men kiest de brede rugspier voor de borstreconstructie, omdat deze spier gemist kan worden zonder noemenswaardige invloed op de functie van de schouder. Het voordeel is dat het gaat om een relatief korte ingreep volgens een betrouwbare en beproefde methode, waarvoor nagenoeg alle patiënten in aanmerking komen. Een nadeel van deze ingreep is een extra litteken op de rug en het opofferen van de brede rugspier. Daarnaast is er vaak een kleurverschil tussen de huid van de borst en deze van de rug. Mogelijke verwikkelingen zijn dezelfde als deze verbonden aan een reconstructie met borstimplantaat of expander. Daarnaast ziet men soms gedurende enkele weken na de operatie een vochtbel of seroom onder het litteken op de rug. Met deze techniek is het moeilijk een goede symmetrie te krijgen met de eigen borst, net zoals bij de reconstructie met borstimplantaat.